De natuur wint uiteindelijk altijd. Maar intussen ben ik aan zet. Ondanks het afgrijselijk warme weer heb ik al heel wat gerealiseerd in mijn jungle tuin. Ik sta vrij vroeg op en werk ’s ochtends, tot rond de middag. Daarna moet ik het opgeven, ik ben niet iemand die goed tegen de hitte kan.
Desalniettemin ziet de tuin er intussen alweer wat meer tuin uit. We zijn er nog niet, maar we gaan er misschien wel geraken. Als je vergelijkt met de vorige post, dan kun je het verschil al heel goed zien.
Nog heel wat werk aan de winkel achteraan, waar ik een trapje plan. Maar voorlopig ziet het er niet meer als een wildernis uit.
De druivelaar deed het verleden jaar niet geweldig. Hij had last van meeldauw. Ondanks het zeer vochtige weer in het voorjaar is hij daar toch vanaf geraakt precies. Bemerk dat de wilde bramen allemaal verdwenen zijn. Misschien hebben die geholpen?
Mijn perenboompje doet het goed. Al had ik wat moeite om hem terug te vinden onder zijn tooi van haagwinde.
Niet direct in de tuin, maar dit is de trompetbloemboom. Hij had het even moeilijk (waarschijnlijk met de vele regen en de donkere dagen), maar uiteindelijk is hij er dan toch doorgekomen. Erachter kun je een stukje van de vlinderboom zien, die heeft de laatste paar weken zijn omvang zowat verdubbeld.
Veel werk allemaal, maar uiteindelijk toch de moeite waard 🙂
Pingback: Gun jezelf een dagje lummelen | From guestwriters
Ah ja, ik herken het weer een beetje. Toch mooi, al die groeiende en bloeiende dingen.
Ja, ’t is wel leuk, en ook dit jaar doet alles het goed. Wel wat last gehad van de droogte vroeger dit jaar.